Begin 2016 verraste Obama vriend en vijand met zijn aankondiging dat hij naar Cuba zou reizen. Hij is daarmee de eerste zittende president die het eiland zal aandoen sinds de revolutie van 1959. Luidt dit bezoek het einde in van de vijandigheden tussen de gezworen vijanden of is het de zoveelste marketingstunt van de uittredende president? Cubakenners Katrien Demuynck en Marc Vandepitte geven tekst en uitleg.
“Aan de ene kant heb je ‘ons’ Amerika
waarin alle volkeren eenzelfde natuur hebben.
Ze komen uit een gelijkaardige of zelfde wieg,
de mengeling is dezelfde.
Aan de andere kant heb je een Amerika dat niet het onze is,
wiens vijandschap we beter niet aanwakkeren.
Dat zou onverstandig en onhaalbaar zijn.
Maar op basis van een stevige eigenwaarde
en een intelligente zelfstandigheid,
is het niet onmogelijk en zelfs nuttig
om er vrienden mee te zijn.”
José Martí[i]
Om de draagwijdte en betekenis van Obama’s bezoek te begrijpen is het nuttig om te vertrekken vanuit de merkwaardige vaststelling dat Cuba, een eiland van amper elf miljoen inwoners, al decennialang de buitenlandse politiek en zelfs een deel van de binnenlandse politiek beheerst van de grootste supermacht ooit. Vanwaar die buitenproportionele interesse voor zo’n klein land en vanwaar de obsessie van de laatste elf VS-presidenten om de Cubaanse revolutie op de knieën te krijgen? Om daar zicht op te krijgen nemen we een duik in de geschiedenis. Vervolgens analyseren we de opstelling van Cuba ten aanzien van zijn machtige buur. In het derde deel peilen we naar de beweegredenen van Obama en naar het mogelijk impact van zijn bezoek.
1. Het belang van Cuba voor de VS
‘Natuurlijk aanhangsel’ van de VS
De meer dan bijzondere interesse van de VS voor het grootste eiland van de Caraïben dateert al van meer dan tweehonderd jaar geleden, dus van lang vóór de revolutie. In het begin van de negentiende eeuw gaat de VS de imperialistische toer op en breidt het zijn grondgebied uit. Om een wereldmacht te worden is het verwerven van de controle over het ruimere stroomgebied van de Mississippi noodzakelijk. Maar in die controle is het nabijgelegen Cuba een cruciale schakel. Indien Cuba in handen valt van een grootmacht – op dat moment Spanje, Groot-Brittannië of Frankrijk – zou de prille grootmacht bijzonder kwetsbaar zijn in zijn onderbuik en zou de levensbelangrijke handel met Europa of Latijns-Amerika in het gedrang kunnen komen.[ii]
Daarom zullen de machthebbers van de opkomende mogendheid er alles aan doen om de ‘parel van de Antillen’ in te lijven. Thomas Jefferson, derde president van de VS en een van de founding fathers in 1817: “Indien we Cuba kunnen innemen, dan zijn we heer en meester van de Caraïben”.[iii] In 1821 kopen de Noord-Amerikanen Florida van Spanje. Cuba ligt nu vlakbij de eigen grens. Twee jaar later windt John Quincy Adams, minister van buitenlandse zaken er geen doekjes om: “Deze eilanden zijn natuurlijke aanhangsels van het Noord-Amerikaanse continent, en een van hen – bijna in het zicht van onze kusten – heeft om verschillende redenen een groot belang voor de commerciële en politieke belangen van onze Unie.”[iv] In datzelfde jaar wordt de Monroedoctrine afgekondigd: van dan af beschouwt Washington het Amerikaanse continent als zijn achtertuin en worden de Europeanen geacht er weg te blijven.
Er is nog een tweede belangrijke factor: de slavernij van de zwarte bevolking. Achtereenvolgende VS-regeringen zijn gealarmeerd door een mogelijke slavenopstand op Cuba en de gevolgen daarvan voor de staten in het Zuiden. Om dat scenario te vermijden wordt annexatie overwogen. Maar zover komt het niet, twee expedities door Amerikaanse huurlingen om het eiland in te lijven mislukken. In 1863 wordt de slavernij in de VS afgeschaft en door de actieve ‘witte’ migratiepolitiek van de Spaanse kolonisator in de jaren vijftig, is de blanke bevolking in Cuba opnieuw in de meerderheid (53%). De dreiging van een zwarte revolte is daardoor verminderd.[v] Maar gezien het geostrategisch en economisch belang, zal de regering van de VS er alles aan blijven doen om het eiland ofwel in te lijven, zoals met Puerto Rico is gebeurd, ofwel in zijn invloedsfeer te houden.
Van kolonie tot semi-kolonie
In 1895 breekt in Cuba een onafhankelijkheidsstrijd uit. Het is de derde op dertig jaar tijd, maar deze keer zijn de rebellen beter georganiseerd en is Spanje verzwakt. De ‘mambises, zoals ze genoemd worden, stevenen snel af op een overwinning, maar daar zal Washington een stokje voor steken. De VS verklaart Spanje de oorlog en verhindert dat het bevrijdingsleger de onafhankelijkheid kan uitroepen. Het zijn de Noord-Amerikanen en niet de Cubanen die een verdrag sluiten met de Spanjaarden. De partij die naar onafhankelijkheid had gestreefd wordt ontbonden en het rebellenleger ontwapend.
De VS-regering kiest niet voor annexatie. Na dertig jaar hevig verzet tegen het Spaanse kolonialisme heerst onder de Cubaanse bevolking een te sterke onafhankelijkheidsdrang. Er is niet alleen veel strijdlust, de Cubanen hebben ook getoond dat ze een geduchte militaire tegenstander zijn. Washington kiest voor een geleidelijke Noord-Amerikanisering van het eiland onder de vorm van een soort protectoraat. Om de voorwaarden daartoe te creëren komt er een militaire bezetting, beperkt in de tijd. De Cubanen worden gedwongen om een vernederend amendement aan de grondwet te aanvaarden: het zogenaamde Platt Amendement. Dat geeft o.a. de VS het recht op militaire interventie wanneer ze dat nodig acht, het recht op militaire bases (Guantánamo), het verbod voor Cuba om met buitenlandse mogendheden verdragen te sluiten, het recht om toezicht te houden op de overheidsfinanciën.
In 1902 is de militaire en politieke situatie voldoende gestabiliseerd. Washington trekt zijn troepen terug en installeert in de komende periode onderdanige en manipuleerbare presidenten. Indien nodig komt het militair tussenbeide, iets wat in de loop van de volgende decennia twee keer gebeurt. Al bij al heeft de VS in de eerste helft van de 20ste eeuw Cuba stevig onder controle.
Een virus dat moet uitgeroeid worden
Met de komst van Fidel Castro in 1959 verandert dat in zijn tegendeel. Het piepkleine eiland wordt een ware nachtmerrie voor de achtereenvolgende presidenten in het Witte Huis. Om te beginnen knoopt Cuba militaire banden aan met de Sovjet-Unie, aartsrivaal van de VS en bovendien nucleaire grootmacht. Daarnaast zal Havana steun verlenen aan diverse guerrillabewegingen in Latijns-Amerika en zal het op de koop toe in Afrika belangrijke militaire operaties uitvoeren, die o.a. het Apartheidsregime mee ten val zal brengen.[vi] Cuba wordt m.a.w. een rechtstreekse bedreiging voor de wereldwijde militaire overheersingspolitiek van Washington.
Maar de bedreiging is niet alleen militair, maar ook politiek en ideologisch. De Cubaanse revolutie is namelijk een gevaarlijk voorbeeld voor andere landen in de regio. Het zou de eerste domino kunnen zijn van een heel reeks andere. In dat scenario dreigt de VS zijn controle over heel het continent kwijt te spelen.
In 1964 waarschuwt het State Department (het Amerikaans ministerie van Buitenlands Zaken) als volgt: “Het eerste gevaar waarmee we geconfronteerd worden door Castro is gelegen … in het impact dat het louter bestaan van zijn regime heeft op de linkse beweging in veel Latijns-Amerikaanse landen. … Het simpele feit is dat Castro de VS succesvol weet te trotseren, het is een negatie van heel ons beleid in het westelijk halfrond van bijna anderhalve eeuw.[vii]
De revolutie wordt gezien als een gevaarlijk virus dat moet uitgeroeid of toch zoveel mogelijk verzwakt worden. Als de revolutie zelf niet kan vernietigd worden, dan moet het voorbeeldkarakter minstens uitgeschakeld worden. Het land moet zo hard mogelijk en economisch en militair getroffen worden zodat andere landen het niet hun hoofd halen om dat voorbeeld te volgen.[viii] Er is nog een tweede strategie, namelijk door andere landen in te enten tegen mogelijke revoluties, bijvoorbeeld met militaire dictaturen.[ix] Dat zal het geval zijn in landen als Argentina, Bolivia, Brazilië, Chili, Paraguay en Uruguay.[x]
55 jaar onder terreurdreiging 4
Om het virus zelf uit te roeien worden geen middelen geschuwd. In 1962 kondigt president Kennedy een volledig economisch embargo af, dat later uitgebreid wordt naar derde landen. Het wordt het langste embargo uit de wereldgeschiedenis. Om u een idee te geven, op 55 jaar tijd is de kost van de blokkade[xi] opgelopen tot elf maal het bnp van het land.[xii] Voor België zou dat omgerekend neerkomen op meer dan 4.000 miljard euro.
Op politiek vlak wordt Cuba geïsoleerd. Onder druk van Washington verbreken in 1964 alle Latijns-Amerikaanse landen op Mexico na, hun diplomatieke relaties met Cuba en wordt het land uit de Organisatie van Amerikaanse Staten gezet.
Op militair vlak zijn er talrijke infiltratiemissies, sabotageacties, bomaanslagen op hotels, grootwarenhuizen, enz. Er komen meer dan zeshonderd moordaanslagen op Fidel Castro. Er is de mislukte militaire invasie in de Varkensbaai in 1961. De VS neemt zelfs zijn toevlucht tot bacteriologische oorlogsvoering: verspreiden van denguevirus, varkenspest, en ziektes om de oogsten te doen mislukken. Bij die operaties zullen in totaal ongeveer 3.400 Cubanen het leven laten,[xiii] dat is 25 keer het aantal slachtoffers van de aanslagen in Parijs. In 1976 is er een aanslag op een Cubaans lijnvliegtuig in volle vlucht, waarbij alle passagiers omkomen.[xiv] Een van de daders ervan, Posada Carriles, die in de media zelfs opschept over zijn terreurdaden,[xv] loopt vandaag vrij en vrolijk rond in Miami, in een land dus dat zogezegd de war on terror voert.[xvi]
De broeihaard voor terreuraanslag bevindt zich in Miami, dat is geen toeval. Na de machtsovername van Fidel en zijn rebellenleger pakt de toplaag van rijke Cubanen zijn koffers richting Florida. Ze denken dat Fidel het niet lang zal uitzingen en dat ze spoedig hun bezittingen zullen kunnen recupereren. Het draait anders uit. Deze rijke en extreemrechtse toplaag beschikt over veel middelen en gaat al snel het politiek leven in Miami beheersen. Komt daarbij dat Florida een swing state is.[xvii] Daardoor krijgt deze ultrarechtse anti-castristische lobby buitenproportioneel veel invloed in het beleid van het Witte Huis t.a.v. Cuba. Het is ook deze rijke toplaag die de terreurnetwerken in Miami zal financieren, vaak met medeweten en goedkeuring van de overheid.
De presidenten zitten niet altijd op ramkoers. Soms zijn er schuchtere pogingen om de relaties iets of wat te normaliseren. Dat is onder meer het geval bij Kennedy in 1963. Na de mislukte en pijnlijke invasie – die mee de rakettencrisis heeft uitgelokt[xviii] – en nu blijkt dat Fidel ondanks alle vijandelijkheden steviger in het zadel zit dan ooit,[xix] gooit JFK het over een andere boeg. Zijn bocht wordt mee veroorzaakt door de oorlog in Vietnam die meer en meer alle energie en aandacht opeist. Kennedy lanceert een zogenaamde ‘rapprochement track’ of toenaderingsstrategie. Via dialoog wil hij proberen Fidel te beteugelen en tot andere ideeën te brengen.[xx] Veel kans daartoe heeft hij niet gehad, want hij wordt kort nadien vermoord.
Ook de presidenten Carter en Ford ondernemen schuchtere toenaderingspogingen. Niet dat zij het beter voorhebben met de Cubaanse revolutie. Net als alle andere presidenten is hun enig doel de revolutie zo snel mogelijk uit te schakelen of zoveel mogelijk te verzwakken. Maar, naast de knuppel proberen ze ook de knuffel uit. Je weet maar nooit.
Nieuwe focus: politieke eisen
Na de val de Berlijnse Muur maken de landen van het Oostblok een voor een de overstap naar het kapitalisme. Cuba verliest in een klap zijn belangrijke handelspartners en zijn militaire rugdekking. Het staat er nu helemaal alleen voor. Ondertussen stort de economie compleet in elkaar.[xxi] In de VS is men er van overtuigd dat in die omstandigheden de revolutie niet lang zal standhouden. Eindelijk kan de genadeslag toegediend worden.
In 1992 wordt de blokkadewet verder aangescherpt, met de expliciete bedoeling om “chaos te veroorzaken”.[xxii] Derde landen worden nu onder druk gezet om hun handel met Cuba te staken en aan VS-filialen in het buitenland wordt een handelsverbod opgelegd. In 1996 wordt het embargo nog maar eens verscherpt door de wet-Helms-Burton. Handelspartners van Cuba of buitenlandse investeerders van om het even welk land kunnen nu zelfs in de VS voor het gerecht worden gedaagd of riskeren zware boetes. De wet, die in strijd is met het internationaal recht, wordt in de praktijk ook effectief toegepast.[xxiii]
De agressie wordt opgevoerd ondanks het feit dat Cuba niet langer een veiligheidsprobleem is voor de VS. De militaire banden tussen Moskou en Havana zijn verbroken, van steun aan revoluties in Latijns-Amerika is geen sprake meer en Cuba trekt zijn troepen terug uit Afrika. Maar, de revolutie blijft wel een besmettingsgevaar dat moet verdelgd worden.
Omdat veiligheid als dusdanig geen kwestie meer is,[xxiv] worden nu vooral economische en politieke eisen gesteld. Cuba moet de markteconomie omarmen en een meerpartijensysteem invoeren. De mensenrechten worden nu het voornaamste wapen om Cuba te bestoken. Elliott Abrams, voormalig staatssecretaris voor mensenrechten van de VS verwoordt het zo: “Het belangrijkste wapen in de laatste jaren van de Sovjet-Unie, de mensenrechten, moet nu krachtig tegen Cuba gericht worden. Geen enkel VS-strategie kan het Castro-regime beter ondermijnen dan de strategie van de mensenrechten.”[xxv]
Jaarlijks worden tientallen miljoenen dollars uitgetrokken om de “vreedzame transitie naar een democratische samenleving te versnellen,”[xxvi] lees om een regimewissel door te voeren. Dat gaat van het organiseren en financieren van dissidente partijen, het vergoeden van betogers, het bestoken met antipropaganda door verschillende radiozenders en tv-stations, het installeren van een lokale versie van Twitter met als doel een ‘Cubaanse lente’ uit te lokken, tot en met de installatie van niet-traceerbare satellietverbindingen bij opposanten.[xxvii]
2. De opstelling van Cuba
Doordrongen van anti-imperialisme
Om het standpunt en de houding van de Cubanen te begrijpen is het eveneens nodig een duik in de geschiedenis te nemen.
In het begin van de negentiende eeuw slagen bijna alle Latijns-Amerikaanse landen erin hun onafhankelijkheid te verwerven. Om verschillende redenen mist Cuba deze trein.[xxviii] Pas op het einde van die eeuw zal het de onafhankelijkheid verkrijgen na dertig jaar hevige strijd. Die verbeten strijd doet een sterk gevoel van nationale eenheid ontstaan. De nationale trots en waardigheid en het respect voor de eigen soevereiniteit behoren dan ook tot het DNA van de Cubaanse samenleving.
Maar er is meer dan nationale eenheid of patriottisme. Doordat de strijd voor onafhankelijkheid gebeurt in een context van expansionisme en directe inmenging van de VS, krijgt deze nationale identiteit een krachtig anti-imperialistisch en anti-Amerikaans karakter. José Martí is het boegbeeld én katalysator van deze radicale ideologie. Die zal de richtsnoer zijn van de toekomstige bevrijdingsbewegingen. Tot op de dag van vandaag is de Cubaanse samenleving er heel sterk van doordrongen.
De Apostel van Cuba, zoals Martí ook genoemd wordt, maakte zich over de VS niet veel illusies, hij kende “het monster” omdat hij “jarenlang in zijn ingewanden had geleefd”.[xxix] Hij had het voortdurend over het “imperialisme” en maakte zich vooral zorgen over het expansionisme van de VS in “Ons Amerika”, zoals hij Latijns-Amerika omschreef. Tegenover deze reus waren de landen afzonderlijk weerloos, daarom was Martí een van de meest fervente verdedigers van de eenheid van Latijns-Amerika. Martí sloot hier aan bij het ideeëngoed van Simón Bolívar, een belangrijke bevrijdingsstrijder van Latijns-Amerika. Bovendien speelde Cuba in de ogen van Martí een cruciale rol om het imperialisme te stoppen, hij wou Cuba omturnen in “een loopgraaf, een verdedigingslinie voor de belangen van Ons Amerika”.[xxx] Deze historische missie heeft de Cubaanse revolutie sterk beïnvloed.
Het is in die traditie dat Fidel Castro samen met Hugo Chávez de ALBA, het Bolivariaanse alternatief voor Latijns-Amerika, opricht in 2004. Dat moet dienen als tegenhanger van de ALCA, het vrijhandelsakkoord dat de VS aan Latijns-Amerika wil opdringen.[xxxi] Zeven jaar later wordt mede onder impuls van Cuba de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caraïbische staten (CELAC) opgericht. Voor het eerst in de geschiedenis ontstaat een regionaal orgaan van de volledige Latijns-Amerikaanse regio (inclusief de Caraïben) zonder de VS en Canada. Het is een slag in het gezicht van Washington en het is een bijkomende reden om komaf te maken met de Cubaanse revolutie.
Op zoek naar toenadering
De confrontatie met de VS werkt ongetwijfeld als cement voor de Cubaanse revolutie. Een gemeenschappelijke vijand doet de rangen sluiten. Maar, die psychologische en politieke voordelen wegen helemaal niet op tegen de zeer grote nadelen. Leven onder een permanente terreurdreiging en afgesloten worden van financiële en andere markten, daar betaal je een hoge sociale en economische prijs voor. Naar schatting zou het bnp nu ongeveer 75 procent hoger zijn zonder de economische blokkade.[xxxii]
De eerste dertig jaar kon de Cubaanse revolutie op heel wat steun rekenen van de Sovjet-Unie. Maar die relaties waren lang niet zo harmonieus als meestal wordt aangenomen. Op heel wat vlakken waren er fricties en was er vaak grote onenigheid.[xxxiii] Wat er ook van zij, de Cubaanse regering heeft sinds 1959 herhaaldelijk toenadering gezocht met zijn agressieve vijandige buur. In hun goed gedocumenteerd boek over de geheime onderhandelingen tussen Cuba en de VS, laten LeoGrande en Kornbluh zien hoe Fidel Castro bij het aantreden van elke nieuwe president in het Witte Huis een poging deed om de relaties te normaliseren. De conclusie van hun uitgebreid onderzoek is dat “er voldoende bewijsmateriaal is dat aantoont dat Castro wel degelijk normale relaties nastreefde”.[xxxiv] Zijn broer zet die traditie voort.
… maar op voet van gelijkheid
De toenaderingspogingen gebeuren voor Cuba wel steevast vanuit een positie van gelijkwaardige partners. De Cubanen zijn bereid te onderhandelen en tot normale relaties te komen, maar dat moet met respect voor de eigen soevereiniteit en waardigheid. Dat is de ondergrens voor gelijk welke toenadering. De soevereiniteit is heilig, het is aan de Cubanen om zelf te bepalen wat hun binnen- en buitenlands beleid is. Op dat vlak dulden ze niet de minste toegeving. Fidel, kort nadat Obama werd verkozen tot president: “Met Obama zijn we bereid om te praten overal waar hij het wenst, daar we geen oorlog of geweld prediken. Hij moet wel weten dat de doctrine van de wortel en de stok geen plaats heeft in ons land.”[xxxv]
Twee voorbeelden om die beginselvastheid te illustreren. Vanaf 1974 was er een prille dooi in de relaties met de VS. In de Senaat gingen stemmen op om de diplomatieke relaties te herstellen en het economisch embargo te beëindigen. Uitgerekend in die periode richtte de Angolese bevrijdingsbeweging MPLA zich tot Cuba voor militaire bijstand om de aanvallen van de Zuid-Afrikaanse troepen af te slaan. De Cubanen aarzelden niet, ook al kostte hen dat mogelijks betere relaties met de VS.
Halverwege de jaren negentig drongen vliegtuigjes van een contrarevolutionaire organisatie regelmatig het Cubaanse luchtruim binnen. Aanvankelijk was dat om pamfletten te verspreiden boven Havana. Maar het was ook de bedoeling om in de toekomst vanuit de toestellen bommen te gooien.[xxxvi] Na een twintigtal van die provocaties waarschuwde het Cubaanse leger dat ze geen vluchten meer zou dulden. Op 24 februari 1996 werden twee vliegtuigjes neergehaald, goed wetende dat dit de relaties met de VS helemaal zou verzuren. Het incident werd aangegrepen om de economische blokkade verder aan te schroeven.
… en met de nodige achterdocht
Naast de onwrikbaarheid op het vlak van soevereiniteit zijn de Cubanen ook erg op hun hoede om eventuele toegevingen te doen bij onderhandelingen met de VS. In het verleden heeft Washington namelijk herhaalde malen zijn beloftes niet nagekomen.
In 1963 laat Cuba VS-gevangenen vrij na hints dat dit tot verbeterde relaties zal leiden. In 1980 beëindigt Fidel Castro de migratiecrisis[xxxvii] na beloftes van Washington dat er uitgebreide bilaterale gesprekken zullen komen. In 1984 tekent Fidel een migratieakkoord wanneer de onderhandelaars van de VS suggereren dat dit tot een betere verstandhouding zal leiden. In 1988 stelt Cuba zich constructief op tijdens de onderhandelingen over Zuid-Afrika[xxxviii] in ruil voor de expliciete belofte dat dit zal leiden tot een ruimere dialoog met de VS. In 1994 beëindigt Fidel de balserocrisis[xxxix] wanneer Clinton onderhandelingen over de economische blokkade belooft. In 1998 belooft de FBI de terreurnetwerken in Miami aan te pakken in ruil voor informatie verkregen door geïnfiltreerde Cubaanse agenten.[xl]
In geen enkel van die gevallen houdt Washington woord.[xli] De VS heeft het bijzonder moeilijk om op voet van gelijkheid te handelen, laat staan dat het de soevereiniteit van dit rebelse eiland wil erkennen.
3. De beweegredenen van Obama
Nauwelijks verschil met Bush
Wanneer Obama het Witte Huis betreedt, verwachten velen een versoepeling van de relaties met Cuba. Ze komen snel bedrogen uit. Er is praktisch geen verschil met de opstelling van Bush. Er komen wel enkele kleine en symbolische maatregelen[xlii] en op een aantal vlakken waar beide landen belang bij hebben, komt er voorzichtig overleg.[xliii] Het gros van de restricties en de blokkade blijven echter intact.
Obama geeft exact evenveel uit aan destabilisatieprogramma’s als zijn voorganger. Cuba blijft op de lijst staan van ‘Staatssponsors van terrorisme’, ook als is daar niet de minste grond voor. Obama verlengt het agressieve programma van Bush om Cubaanse dokters in het buitenland te doen overlopen naar de VS. De zwarte president correspondeert openlijk met de meeste gekende opposant van de regering.[xliv] Hij weigert in te gaan op de vraag van de Cubaanse kardinaal Ortega en vooraanstaande Cubaanse opposanten om het reisverbod voor VS-burgers te versoepelen.[xlv] Onder zijn bewind wordt de cyberoorlog tegen het eiland zelfs opgevoerd.[xlvi]
Tijdens zijn presidentscampagne had Obama al weinig twijfel gelaten over zijn doelstelling t.a.v. Cuba: “Een democratische opening in Cuba is en zou de belangrijkste doelstelling moeten zijn van ons beleid. We hebben een duidelijke strategie om dit te bereiken - een die nu een aantal beperkte stappen neemt om de boodschap van vrijheid op het eiland te verspreiden, maar die ons ook toelaat om te onderhandelen met een post-Fidel regering over democratie.”[xlvii] Deze doelstelling wordt in 2010 bevestigd door een woordvoerder van Buitenlandse Zaken: “We hebben aan Cuba duidelijk gemaakt dat in de eerste plaats, vooraleer we fundamentele verandering in onze relatie zouden overwegen, het Cuba is dat fundamenteel moet veranderen, en dat onze reactie zal afhangen van acties die Cuba zal ondernemen om politieke gevangenen vrij te laten en om zijn politiek systeem grondig te veranderen.”[xlviii]
Globaal gesproken is het beleid van Obama in zijn eerste ambtsperiode restrictiever dan dat van Clinton en Carter.
… maar de wereld verandert
De wereld staat niet stil. Met betrekking tot de relaties tussen de VS en Cuba zijn er een aantal belangrijke verschuivingen die Obama van tactiek heeft doen veranderen.
1. Latijns-Amerika. Tussen 1998 en 2015 worden in de meeste landen van het continent linkse presidenten verkozen. Cuba is voor hen het symbool van soevereiniteit en van verzet tegen de VS-dominantie. Ze nemen het niet dat Cuba geïsoleerd wordt en zetten Washington onder toenemende druk om de relaties te normaliseren. Sommigen dreigen er zelfs mee om de jaarlijkse top van Amerikaanse staten te boycotten.[xlix] Deze regio is economisch en geostrategisch heel belangrijk voor de VS.[l]
2. Economische hub. Cuba bouwt volop aan een nieuwe diepzeehaven in de buurt van Havana, Mariel, o.a. met Braziliaanse investeringen. Deze haven wordt een belangrijke commerciële hub tussen het Amerikaanse continent, Europa en Azië. Zakenlui in de VS zien met lede ogen hoe Europa en groeilanden als China en Brazilië deze belangrijke markt onder hun neus inpikken. Ook vanuit andere economische sectoren is er groeiende druk om de anachronistische blokkade op te heffen.
3. Miami. De historische leiding in Cuba sterft langzaam uit, maar dat geldt evengoed voor de rijke toplaag die na ’59 naar Miami trok. Traditioneel was een grote meerderheid van de Cubaanse Amerikanen voorstander van een harde aanpak van Cuba, maar de jonge generatie wil normale relaties met hun vaderland. Zij willen er zonder gedoe op vakantie kunnen gaan, hun familie geld toesturen of zelfs hun oude dag daar gaan doorbrengen. In 2012 haalde Obama een meerderheid, mede dankzij de belofte dat hij de relaties met Cuba zal herzien.[li] Ondertussen is een grote meerderheid, nl. 72 procent van de VS-bevolking, voor het beëindigen van het economisch embargo. Zelfs een meerderheid van Republikeinse kiezers willen er van af.
4. Groeiend gezichtsverlies. Elk jaar maakt de VS zich belachelijk bij de stemming in de VN tegen de blokkade. De diplomatieke kost neemt toe elk jaar dat de blokkade gehandhaafd blijft. Vanaf 1998 komt daar de zaak van de Cuban Five bovenop.[lii] Door deze zaak krijgt de Cuba-solidariteit wereldwijd een ware boost. Tien Nobelprijswinnaars spreken zich uit voor hun vrijlating, er komt een veroordeling van de Werkgroep tegen Arbitraire Detenties van de Verenigde Naties en van Amnesty International, en een aantal nationale parlementen stemmen resoluties voor hun vrijlating. Voor Cuba is hun vrijlating een voorwaarde om diplomatieke relaties te herstellen.
5. Alan Gross. Deze man is een undercoveragent van de VS die in Cuba opereert via het officieel ontwikkelingsagentschap USAID. Hij wordt ontmaskerd en opgepakt in 2009. Gross is een jood en de joodse lobby is een van de machtigste van de VS. In het Congres ondertekenen 65 van de 100 senatoren een brief voor zijn vrijlating. De zaak-Gross wordt alzo een katalysator voor de vrijlating van de Cuban Five en het herstel van diplomatieke relaties.[liii]
Geen wijziging van koers maar van tactiek
Obama heeft die veranderde situatie en krachtsverhoudingen correct ingeschat en er consequent naar gehandeld. Om tegemoet te komen aan de druk vanuit Latijns-Amerika en om de vervelende kwesties van de Cuban Five en van Alan Gross op te lossen, staat hij een gevangenenruil toe en knoopt hij diplomatieke relaties aan. In eigen land heeft hij daarvoor een breed draagvlak en in het buitenland scoort hij daarmee op het diplomatieke front.
Maar vergis u niet, dit is geen koerswijziging, enkel een andere en tactischer opstelling. Net zoals de tien presidenten voor hem wil Obama onverkort de ontmanteling van het politiek en economisch systeem op Cuba. Al de rest, inclusief de economische blokkade, is en blijft daaraan ondergeschikt. “Ik geloof niet dat de VS-regering toegevingen zal doen vanuit welwillendheid” aldus René, een van de Cuban Five. “De ontmanteling van het beleid van de afgelopen 57 jaar zal bepaald worden door de pragmatische benadering van de internationale relaties, en die is vooral gesteund door een kosten-batenanalyse.”[liv]
Obama wil ervoor zorgen “dat de Cubanen meer onafhankelijkheid verkrijgen t.o.v. het regime en de mogelijkheid hebben om te gaan werken in de richting waarvan we allemaal willen dat ze slagen”.[lv] Dat is geen mis te verstane taal. Van een normalisering van de relaties is op dit moment hoe dan ook geen sprake. De militaire basis in Guantánamo blijft in handen van de VS[lvi] en van een echte versoepeling van de economische blokkade kan je voorlopig ook niet spreken. Het klopt dat het niet de president is maar het Congres die de blokkadewet kan opheffen. Maar Obama heeft wel uitgebreide presidentiële bevoegdheden waarmee hij de meerderheid van de handelsbeperkingen kan ongedaan maken, en dat doet hij mooi niet.[lvii] Ondertussen worden buitenlandse banken nog steeds zwaar beboet voor transacties met Cuba.[lviii]
Obama wil niet te soft overkomen, zeker nu de verkiezingscampagne in de VS in volle hevigheid woedt. Een knuffel kan er wel van af, maar de knuppel blijft onverminderd van kracht.
De betekenis van het bezoek
Met zijn bezoek aan Cuba wil Obama de interne oppositie een hart onder de riem steken. Dat zal nodig zijn, want de opposanten zijn onderling sterk verdeeld en zijn nauwelijks relevant. De Cubanen willen wel verandering, vooral op het vlak van koopkracht,[lix] maar ze willen geen ander maatschappelijk systeem of een regimewissel. Nog minder willen ze samenwerken met de vijand. Reuters correspondent Marc Frank daarover: “De meeste Cubanen zoeken verandering door middel van hervorming of een evolutie van het systeem, niet in openlijke alliantie met Washington en Miami’s politiek establishment, dat aanstuurt op een regimewissel. De meeste Cubanen zijn dissidenten, maar geen ‘dissidenten’ zoals ze in het buitenland gekend zijn.”[lx] De enige oppositiekracht die iets betekent is de katholieke kerk en die stelt zich kritisch maar constructief op t.a.v. de regering.[lxi]
Het historisch bezoek zal ongetwijfeld een mediagenieke hoogmis zijn waarin Obama zal schitteren. En hij kan dat gebruiken, want zijn buitenlands beleid is op Iran na, niet echt denderend te noemen. Het persagentschap Stratfor merkt schamper op dat Obama op dat vlak tot nog toe “maar weinig successen op zijn conto kan schrijven”.[lxii] Het bezoek is dan ook een geniale marketingstunt van deze uittredende president.
Voor Cuba zal Obama’s bezoek een enorme prestige boost betekenen en misschien het begin van een echte normalisering. De Cubanen zijn sowieso vragende partij voor een verbetering van de relaties, op voorwaarde echter dat de soevereiniteit gerespecteerd wordt. Een Cubaanse official heeft laten weten dat Obama welkom is op voorwaarde dat hij zich niet moeit met de interne keuken.[lxiii] Buitenlandminister John Kerry heeft dit ondertussen aan den lijve ondervonden en heeft zijn voorbereidend bezoek opgeschort.[lxiv]
De Cubanen beseffen heel goed dat nauwere banden met een supermacht die hun systeem wil ontwrichten, ook risico’s met zich meebrengt. René van de Cuban Five: “Het zal ongetwijfeld een uitdaging worden om onze waarden te beschermen onder zo’n economische, politieke en ideologisch druk. Besef van deze risico’s is onze eerste verdediging. Maar we moeten verstandig zijn om deze gebeurtenissen om te zetten in opportuniteiten en de daaraan verbonden risico’s te verhinderen, inclusief het risico van de uitholling van onze waarden.”[lxv]
In de aanloop van zijn bezoek heeft Obama een aantal beperkte maatregelen genomen. VS-burgers mogen nu onder bepaalde voorwaarden legaal naar Cuba reizen en mogen in het buitenland voortaan Cubaanse producten zoals sigaren of rum kopen. Ook op het vlak van financiële transacties en handel zijn er een aantal versoepelingen.[lxvi] Of en in welke mate dit bezoek het begin zal inluiden van effectief betere relaties zal vooral afhangen van de politieke krachtsverhoudingen in Latijns-Amerika, van de economische evoluties in de regio en uiteraard ook van wie de volgende president wordt in het Witte Huis. Het worden boeiende tijden.
Bibliografie
Cotayo N. Abanico de espinas. Relaciones entre Cuba y Estados Unidos, Havana 2004
Demuynck K. & Vandepitte M., De Factor Fidel, Antwerpen 2008
Frank M., Cuban Reveleations. Behind the Scenes in Havana, Gainesville 2013
Gott R., Cuba. A New History, New Haven 2005
LeoGrande W. & Kornbluh P., Back Channel to Cuba. The Hidden History of Negotiations between Washington and Havana, Chapel Hill 2014
Chomsky N., Obama’s Historic Move
Demuynck K., Historisch akkoord Havana-Washington overwinning voor Cuba en Latijns-Amerika
Demuynck K. & Vandepitte M., 55 jaar onder dreigingsniveau 4. Wat doet dat met een land?
Vandepitte M., Wat heeft de paus in godsnaam in Cuba verloren?
Stratfor: The Geopolitics of the United States, Part 1: The Inevitable Empire
Stratfor: The Geopolitics of U.S.-Cuba Relations
Voetnoten
[i] Jos´Martí was de leider van de onafhankelijkheidsoorlog die begon in 1895.
http://www.josemarti.cu/publicacion/honduras-y-los-extranjeros/.
[ii] https://www.stratfor.com/analysis/geopolitics-united-states-part-1-inevitable-empire; http://www.stratfor.com/weekly/geopolitics-us-cuba-relations; http://www.truth-out.org/news/item/32531-what-are-the-us-s-real-plans-for-guantanamo.
[iii] http://cgm.cs.mcgill.ca/~godfried/cuba.html.
[iv] Geciteerd in Gott R., Cuba. A New History, New Haven 2004, p. 58.
[v] Gott R., Cuba. A New History, New Haven 2005, p. 59-70.
[vi] http://www.dewereldmorgen.be/artikels/2013/12/06/mandela-cuba-en-het-einde-van-de-apartheid.
[vii] http://www.huffingtonpost.com/noam-chomsky/whose-security_b_5547348.html.
[viii] Dat is bijvoorbeeld gebeurd met Vietnam.
[ix] Zie Chomsky N., Obama’s Historic Move, http://www.telesurtv.net/english/opinion/Obamas-Historic-Move-20141220-0018.html.
[x] Dat gebeurt onder de naam Operation Condor in de jaren zeventig en tachtig. Zie Stella Calloni. Operación Condór. Pacto Criminal, Havana, 2005.
[xi] De Cubanen gebruikten het woord blokkade i.p.v. embargo omwille van twee redenen. Ten eerste betekent een embargo dat een land (of meerdere landen) zijn handel of een deel ervan verbiedt met een bepaald land. Zo bijvoorbeeld hebben de VS en de Europese Unie een embargo voor hoogtechnologische apparatuur t.a.v. China. Bij een blokkade daarentegen probeert men ook andere landen zo’n verbod op te leggen. Het is m.a.w. extraterritoriaal. Ten tweede gaat een blokkade over meer dan alleen maar een verbod op zaken doen en zijn er ook duidelijke politieke of zelfs militaire doelstellingen. http://cubanismo.net/cms/nl/artikels/de-economische-blokkade-van-de-vs
[xii] http://www.elnuevodia.com/noticias/internacionales/nota/milesdemillonesdedolareselcostodelbloqueoeconomicoencuba-2100076/. Het bnp is wat een land jaarlijks aan rijkdom produceert (diensten en goederen).
[xiii] http://www.theguardian.com/us-news/2015/apr/14/obama-remove-cuba-list-state-sponsors-terrorism.
[xiv] Demuynck K. & Vandepitte M., De Factor Fidel, Antwerpen 2008, p. 37-8.
[xvi] http://cubanismo.net/cms/nl/artikels/55-jaar-onder-dreigingsniveau-4-wat-doet-dat-met-een-land.
[xvii] Dat is een staat waar geen van de presidentskandidaten een duidelijke meerderheid heeft.
[xviii] Na de mislukte invasie in het voorjaar van 1961 verwacht Fidel zich aan een nieuwe militaire operatie. In januari van 1961 wordt Cuba uit de Organisatie van Amerikaanse Staten gezet. Op 3 februari kondigt Washington een volledige economische blokkade af. Deze feiten worden gezien als een aanloop naar een militaire aanval. Fidel Castro zoekt steun bij de Sovjet-Unie om een militaire invasie af te wenden en stuurt aan op een militair pact. Kroestjov verkiest daarentegen nucleaire raketten te installeren. De Cubaanse regering aanvaardt dit met tegenzin, maar de VS komen er achter. In oktober ‘62 balanceert de wereld op de rand van een nucleair wereldconflict.
[xix] Op 10 april 1962 verklaart general Lyman Lemnitzer: “The Joint Chiefs of Staff believe that the Cuban problem must be solved in the near future. Further, they see no prospect of early success in overthrowing the present Communist regime either as a result of internal uprisings or external political, economic, or psychological pressures. Accordingly, they believe that military intervention by the United States will be required to overthrow the present Communist regime.” https://www.awesomestories.com/asset/view/U.S.-Military-Intervention-in-Cuba-10-April-1962-Recommendation.
[xx] LeoGrande W. & Kornbluh P., Back Channel to Cuba. The Hidden History of Negotiations between Washington and Havana, Chapel Hill 2014, p. 43-4.
[xxi] Het bnp zakt met 35% en de handel met bijna 80%. Vandepitte M., De gok van Fidel. Cuba tussen socialisme en kapitalisme, Berchem 1998, p. 49-57.
[xxii] Volgens de auteur en indiener van de wet, Robert Torricelli, was het de bedoeling “to wreak havoc on that island”. http://articles.baltimoresun.com/1994-08-30/news/1994242173_1_jorge-mas-canosa-cuba-president-clinton.
[xxiii] Zo bijvoorbeeld worden in 1997 twee Spaanse ondernemers opgepakt in Miami en aangeklaagd wegens illegale handel met Cuba. El País Internacional 7 april 1997, p. 5; El País Internacional 26 mei 1997, p. 13.
[xxiv] Cuba wordt voor de vorm wel nog gekoppeld aan terrorisme en op de lijst van verdachte landen gezet, maar dat is weinig geloofwaardig.
[xxv]. Wall Street Journal, 5 september 1994.
[xxvi] “The Cuba Democracy and Contingency Planning Program (CDCPP) is expressly designed to hasten Cuba’s peaceful transition to a democratic society. To realize Cuba’s successful, political, social and economic transition…”; https://www.scribd.com/doc/122217408/USAID-DAI-Contract. De ‘promotie van democratie’ gebeurt via USAID, de officiële ontwikkelingsorganisatie van de VS.
[xxvii] http://www.nytimes.com/2014/11/10/opinion/in-cuba-misadventures-in-regime-change.html?_r=1; http://www.counterpunch.org/2015/07/15/us-cuba-relations-what-would-constitute-normal/; http://www.mintpressnews.com/MyMPN/u-s-subversion-of-cuba-continues-uninterrupted-despite-normalization/; http://www.cubadebate.cu/especiales/2016/03/07/ningun-analista-serio-en-eeuu-apoya-los-programas-de-promocion-de-la-democracia-para-cuba/#.VuG8bfnhDcs.
[xxviii] De economische elite is conservatief en vreest de gevolgen voor een breuk met het moederland. Een belangrijk deel van de rijkdom van de kolonisten is gebaseerd op de handel met Europa. De witte bevolking vreest dat de onafhankelijkheid zal gepaard gaan met een slavenopstand, zoals in Haïti is gebeurd. De zwarte bevolking is eerder uit op het einde van slavernij dan onafhankelijkheid. Een deel van de elite verkiest het bewind van de Spanjaarden boven dat van de VS, die hun oog hebben laten vallen op het eiland. De toestroom van Spaanse migranten (een bewuste politiek om het overwicht van de zwarte bevolking ongedaan te maken), vertraagt de ontwikkeling van een nationale identiteit. Tenslotte zijn piraten nog altijd een probleem en voor de bescherming hiertegen is men nog steeds aangewezen op de Spanjaarden.
[xxix] Martí J., Obras escogidas, Havana 1981, Volume III, p. 576
[xxx] De woorden zijn Fidel Castro, http://www.cuba.cu/gobierno/discursos/1995/esp/d141095e.html.
[xxxi] De huidige leden zijn Antigua en Barbuda Antigua en Barbuda, Bolivia, Cuba, Dominica, Ecuador, Nicaragua, Saint Vincent en de Grenadines en Venezuela.
[xxxii] http://www.mo.be/sites/default/files/fileadmin/pdf/MO-paper40_cuba.pdf.
[xxxiii] Aanvankelijk bekijken de Sovjetleiders de Cubaanse revolutie met het nodige voorbehoud. Ze hebben het zo al niet begrepen op gewapende revoluties in de Derde Wereld en bovendien profileert Fidel zich – aanvankelijk - niet als marxist. Naar aanleiding van de rakettencrisis was de Cubaanse leiding furieus op de Sovjets omwille van de zwakke opstelling van Moskou en vooral over het feit dat Cuba tijdens de onderhandelingen niet werd geconsulteerd. Als Kroestjov in 1964 afgezet wordt en vervangen wordt door Brezjnev vertikt Fidel het om Brezjnev te gaan feliciteren. Geschillen zijn er genoeg. De Sovjet-Unie verwerpt de Cubaanse steun aan gewapende revoluties. Cuba geeft de SU er dan weer van langs omdat ze Vietnam te weinig steunen. Havana weigert het Nucleair Non-Proliferatie Verdrag – mee opgesteld door de Sovjet-Unie – te ondertekenen, omdat het als een samenzwering gezien wordt van de grootmachten tegen de Derde Wereld. Ook de economische samenwerking zorgt voor fricties. Moskou weigert de petroleumaanvoer te verhogen en verwerpt Cuba’s voorstel om jaarlijkse handelsakkoorden om te zetten in een driejaarlijks pact. In februari 1968 weigert Fidel een Cubaanse delegatie te zenden naar de conferentie van communistische partijen in Boekarest, georganiseerd door Brezjnev. Deze kaakslag beantwoordt Moskou door een minder gunstig handelsakkoord af te sluiten. In datzelfde jaar is er ook nog de zaak van de Microfractie van oud-communisten. In die zaak proberen Moskou-getrouwen Fidel af te zetten en een meer ‘loyaal’ communistische regering te installeren. Halverwege de jaren zeventig zijn de relaties tussen de VS en de Sovjet-Unie in volle bloei. Uitgerekend in die periode stuurt Havana op vraag van de MPLA en bijna tot wanhoop van de Sovjet-Unie troepen naar Angola om de aanvallen van het Zuid-Afrikaans leger af te slaan.
Demuynck K. & Vandepitte M., De Factor Fidel, Antwerpen 2008, p. 36-42.
[xxxiv] LeoGrande W. & Kornbluh P., Back Channel to Cuba. The Hidden History of Negotiations between Washington and Havana, Chapel Hill 2014, p. 406.
[xxxv] http://www.cuba.cu/gobierno/reflexiones/2008/ing/f041208i.html.
[xxxvi] Dat had de leider van de groep, Basulto, aan één van de Cuban Five verteld, niet wetende wie hij was. http://www.workers.org/ww/2001/miami51227.php; cfr. Kimber S., What Lies Across the Water: The Real Story of the Cuban Five, Winnipeg 2013; p. 84-181.
[xxxvii] Het gaat om de zogenaamde Mariel crisis. Interne contrarevolutionaire elementen, gesteund vanuit de VS stimuleren illegale emigratie. Op een gegeven moment bestormen enkele Cubanen de Peruaanse ambassade en doden daarbij een Cubaanse bewaker. Wanneer Peru weigert de moordenaars over te dragen, worden de veiligheidsmaatregelen rond de ambassade opgeheven. Dit trekt enkele duizenden Cubanen aan, die via een luchtbrug worden overgevlogen naar Costa Rica. Na twee dagen geeft de Cubaanse overheid de toestemming aan iedereen die het wil, om het land te verlaten via de haven Mariel, vlakbij Havana. Tussen april en oktober maken zo’n 120.000 eilandbewoners de oversteek naar de VS. Dat is van het goede teveel. De toevloed heeft zeer negatieve gevolgen voor president Carter. Het is één van de redenen waarom hij de volgende presidentsverkiezingen verliest.
[xxxviii] http://www.dewereldmorgen.be/artikels/2013/12/06/mandela-cuba-en-het-einde-van-de-apartheid.
[xxxix] In de zomer van 1994 bereikt de economische crisis zijn dieptepunt. De waarde van de nationale munt is onhoudbaar laag geworden t.o.v. de dollar, de levensomstandigheden van de doorsnee Cubaan zijn er sterk op achteruit gegaan. Op vier augustus wordt een lokale overzetboot in Havana gekaapt en afgeleid naar de VS. Daarbij wordt een politieman om het leven gebracht. De kapers worden als helden ontvangen in Miami. ’s Anderendaags verspreiden VS radiozenders valse informatie, daarop breken rellen uit in enkele straten van Havana. Er komt prompt een tegenbetoging van enkele tienduizenden met Fidel op kop. De relschoppers druipen af. Op 8 augustus is er opnieuw een bootkaping waarbij een politieman wordt gedood. Weerom wacht de gijzelnemers een triomfantelijk onthaal in Miami. Daarop besluit de Cubaanse om diegenen die het eiland willen verlaten, niet langer tegen te houden. Dertigduizend Cubanen verlaten het eiland op vlotten. Nadat president Clinton zijn grenzen sluit droogt de stroom balseros, zoals ze genoemd worden, dadelijk op. De VS voeren de meeste balseros af naar Guantánamo, de militaire VS-basis op Cuba.
[xl] De bemiddeling gebeurt door Nobelprijswinnaar Gabriel García Márquez. In plaats van de terreurnetwerken op te rollen worden de informanten opgepakt. Het is het begin van de zaak van de Cuban Five. Zie http://ireport.cnn.com/docs/DOC-1124431; http://www.havanatimes.org/?p=103122; LeoGrande W. & Kornbluh P.,op. cit., p. 334-8.
[xli] LeoGrande W. & Kornbluh P.,op. cit., p. 396-7.
[xlii] De restricties voor Cubaanse Amerikanen om te reizen naar Cuba en geld op te sturen naar hun familie worden ongedaan gemaakt. Telecommunicatiebedrijven uit de VS krijgen nu toestemming om contracten te sluiten in Cuba voor de verbetering van het netwerk van radio, TV, telefoon en internet. http://www.ft.com/intl/cms/s/0/0843732a-d5fa-11e5-829b-8564e7528e54.html.
[xliii] Het gaat o.a. over migratie, visvangst, beveiliging van de kusten, strijd tegen drugs en kapingen, reddingsoperaties in zee.
[xliv] Het gaat over Yoani Sánchez; http://cubanismo.net/cms/nl/artikels/wie-zit-er-achter-de-onafhankelijke-blogster-yoani-s-nchez.
[xlv] LeoGrande W. & Kornbluh P.,op. cit., p. 368-94.
[xlvi] Zo wordt bijvoorbeeld een lokale versie van Twitter geïnstalleerd met als doel een ‘Cubaanse lente’ uit te lokken. Ook worden niet-traceerbare satellietverbindingen aangebracht bij opposanten. http://www.dewereldmorgen.be/artikel/2014/04/04/vs-installeerden-cubaanse-twitter-om-regering-omver-te-werpen; http://www.telesurtv.net/news/-Perfil-Conozca-quien-es-Alan-Gross-20141217-0043.html.
[xlviii] http://www.capitolhillcubans.com/2010/12/kudos-to-state-department.html.
[xlix] Zie o.a. Frank M., Cuban Reveleations. Behind the Scenes in Havana, Gainesville 2013, p. 130v; LeoGrande W. & Kornbluh P.,op. cit., p. 369.
[l] Het is economisch nog steeds hun achtertuin. Twee derde van alle winsten van Noord-Amerikaanse multinationals in landen van het Zuiden is afkomstig uit Latijns-Amerika en voor hun export naar het Zuiden neemt Latijns-Amerika meer dan de helft voor zijn rekening. Ook komt zowat een kwart van de hele petroleumimport uit de Latijns-Amerika. Op geopolitiek vlak speelt de regio wegens zijn ligging ook een onvervangbare rol voor Washington. http://www.dewereldmorgen.be/artikel/2014/12/23/historisch-akkoord-havana-washington-overwinning-voor-cuba-en-latijns-amerika.
[lii] The Cuban Five zijn vijf Cubaanse agenten die op 12 september 1998 gearresteerd werden in Miami. Ze waren er geïnfiltreerd in anti-Cubaanse terreurnetwerken om zo terroristische acties tegen hun thuisland te voorkomen. Zij kregen belachelijk hoge straffen na een schijnproces. In het kader van een gevangenenruil en het herstel van diplomatieke betrekkingen tussen de VS en Cuba werden drie ervan eind 2014 vrijgelaten. De twee overige hadden hun straf al uitgezeten. Over de Cuban Five, zie: http://www.cubanismo.net/cms/nl/artikels/wie-zijn-de-cuban-five.
[liv] https://www.mintpressnews.com/will-the-thaw-in-us-cuban-relations-chill-the-cuban-revolution/214113/.
[lv] Aldus een van zijn woordvoerders op een briefing. https://www.whitehouse.gov/the-press-office/briefing-press-secretary-robert-gibbs-and-dan-restrepo-special-assistant-president-.
[lvi] http://www.truth-out.org/news/item/32531-what-are-the-us-s-real-plans-for-guantanamo.
[lvii] http://www.miamiherald.com/news/nation-world/world/americas/cuba/article62050647.html. Voor een gedetailleerde bespreking daarvan zie: http://www.cubavsbloqueo.cu/en/cuba-denuncia/what-obama-can-do-substantially-modify-implementation-blockade-against-cuba. Nederlandse vertaling: http://cubanismo.net/cms/nl/artikels/wat-kan-obama-doen-tegen-de-blokkade.
[lviii] Dat was bijvoorbeeld in oktober 2015 het geval met Credit Agricole; http://www.cbc.ca/news/business/credit-agricole-sanctions-1.3280169.
[lix] http://www.mo.be/sites/default/files/fileadmin/pdf/MO-paper40_cuba.pdf.
[lx] Frank M., op cit., p. 207.
[lxi] http://www.dewereldmorgen.be/artikel/2015/09/18/wat-heeft-de-paus-in-godsnaam-in-cuba-verloren.
[lxii] https://www.stratfor.com/weekly/geopolitics-us-cuba-relations.
[lxiii] http://www.reuters.com/article/us-obama-cuba-trip-idUSKCN0VR09D.
[lxiv] John Kerry wou op Cuba graag voor de camera’s praten met door de VS betaalde agenten (‘dissidenten’). Omdat de Cubaanse regering daartoe geen toestemming gaf schrapte hij zijn reis. Men kan zich afvragen of Raúl Castro toestemming zou krijgen om in de VS iemand als Abu Jamal (zwarte mensenrechtenactivist veroordeeld voor moord op een politieagent) te gaan bezoeken of gevangen Puertoricaanse onafhankelijkheidstrijders? Zou de Belgische regering bij het bezoek van een Saoedische prins een ontmoeting toelaten met ex-Syriëstrijders?
http://cubanismo.net/cms/nl/artikels/kerry-wil-zich-bemoeien-met-de-binnenlandse-politiek-van-cuba.
[lxv] https://www.mintpressnews.com/will-the-thaw-in-us-cuban-relations-chill-the-cuban-revolution/214113/.
[lxvi] http://www.cubadebate.cu/noticias/2016/03/15/ee-uu-autoriza-viajes-personales-no-turisticos-a-cuba-y-uso-del-dolar-en-transacciones-cubanas/#.VuhC-vnhDcs; http://www.cubadebate.cu/wp-content/uploads/2016/03/cuba_fact_sheet_03152016.pdf.
Reageren op dit artikel? Mail naar redactie@solidair.org.